Wat de wetenschap ons vertelt over het puberbrein en plannen

Kunnen pubers effectief plannen?

Veel ouders en docenten merken dat pubers moeite hebben met het organiseren van hun schoolwerk en plannen. Sommigen geloven dat hun hersenen nog niet voldoende ontwikkeld zijn om dit goed te doen, terwijl anderen denken dat pubers, met de juiste begeleiding, wel degelijk kunnen leren plannen. Maar wat zegt de wetenschap hierover? Zijn pubers in staat om effectief te plannen, of hebben ze meer ondersteuning nodig?

 

Wat zegt de wetenschap over het puberbrein?

De adolescentie is een periode van snelle en langdurige hersenontwikkeling. De prefrontale cortex, verantwoordelijk voor functies zoals vooruit plannen, besluitvorming en zelfregulatie, ontwikkelt zich nog tot ver in de twintig (Blakemore & Choudhury, 2006). Dit verklaart waarom pubers soms moeite hebben met het maken van langetermijnplannen en het organiseren van hun taken.

Hoewel hun hersenen nog in ontwikkeling zijn, benadrukt Eveline Crone (2008) dat het puberbrein ook zeer vatbaar is voor leren. Plannen, net zoals lezen of rekenen, is een vaardigheid die kan worden aangeleerd met de juiste begeleiding. Dit helpt pubers beter om te gaan met impulsief gedrag en afleidingen.

 

Plannen als een leerproces

Ondanks dat het puberbrein nog niet volledig is ontwikkeld, kunnen pubers wel degelijk leren plannen. Volgens Crone (2008) is de adolescentie een unieke periode waarin het brein sterk verandert, waardoor pubers openstaan voor het aanleren van nieuwe vaardigheden zoals plannen. Dit leerproces vraagt om duidelijke begeleiding en regelmatig oefenen.

 

De uitdagingen van plannen voor pubers

Naast de hersenontwikkeling spelen omgevingsfactoren en executieve functies een cruciale rol in het planningsvermogen van pubers. Executieve functies zoals zelfregulatie, werkgeheugen en taakinitiatie zijn nog volop in ontwikkeling. Deze functies worden aangestuurd door de prefrontale cortex, wat verklaart waarom pubers moeite hebben met het plannen, organiseren en uitvoeren van complexe taken. De zwakke ontwikkeling van deze executieve functies leidt vaak tot uitstelgedrag en problemen met het op tijd voltooien van schoolwerk. Sociale media, videogames en andere prikkels die onmiddellijke beloningen bieden, maken het daarnaast lastig voor pubers om zich te concentreren op langetermijntaken zoals studieplanning (Blakemore & Choudhury, 2006).

 

De cruciale rol van begeleiding

Begeleiding door ouders en docenten is essentieel voor het versterken van de executieve functies en planningsvaardigheden van pubers. Crone (2008) stelt dat functies zoals zelfregulatie, flexibiliteit en taakinitiatie actief ondersteund moeten worden door structuur en duidelijke verwachtingen. Door begeleiding te bieden, kunnen ouders en docenten pubers helpen bij het maken van planningen, terwijl ze hen ook ruimte geven om zelf verantwoordelijkheid te nemen. De begeleiding moet niet alleen gericht zijn op het plannen zelf, maar ook op het leren omgaan met obstakels en het aanpassen van de planning wanneer dingen anders verlopen dan verwacht. Door deze functies stap voor stap te oefenen, leren pubers hoe ze effectief kunnen plannen en hun doelen kunnen bereiken. Dit biedt hen de tools om succesvol te zijn, zowel in hun schoolcarrière als daarbuiten.

 

Effectieve strategieën om pubers te helpen plannen

Wetenschappelijk onderzoek toont aan dat pubers effectief kunnen leren plannen, mits ze goed begeleid worden. Hier zijn enkele praktische strategieën voor ouders en docenten:

  1. Begin met kleine stappen: Laat pubers starten met eenvoudige taken en bouw dit geleidelijk op naar complexere schema’s. Succeservaringen helpen hen om vertrouwen te krijgen in hun planningsvaardigheden.
  2. Gebruik visuele hulpmiddelen: Planningsschema’s, kleuren en checklists kunnen pubers helpen om overzicht te creëren en georganiseerd te blijven.
    Geef ruimte voor fouten: Pubers moeten leren van hun fouten. Geef hen de kans om hun eigen planning te maken, maar bied begeleiding en feedback wanneer ze deze moeten aanpassen.
  3. Werk met beloningen: Het puberbrein reageert sterk op beloningen. Beloon kleine successen zoals het afronden van een taak of het succesvol volgen van een planning, bijvoorbeeld door een pauze of iets leuks na schoolwerk.

 

Conclusie: Ja, pubers kunnen leren plannen

De wetenschappelijke literatuur van Crone (2008) en Blakemore & Choudhury (2006) toont aan dat pubers in staat zijn om planningsvaardigheden te ontwikkelen, ondanks de uitdagingen die gepaard gaan met hun hersenontwikkeling en gevoeligheid voor afleidingen. Het is essentieel dat ouders en docenten een actieve rol spelen in dit leerproces door hen stapsgewijs te begeleiden en hun motivatie te versterken door middel van beloningen.

 

Bronnen:

  • Blakemore, S.J., & Choudhury, S. (2006). Development of the adolescent brain: Implications for executive function and social cognition. Journal of Child Psychology and Psychiatry, 47(3-4), 296-312.
  • Crone, E.A. (2008). Het puberende brein: Over de ontwikkeling van de hersenen in de unieke periode van de adolescentie. Amsterdam: Bakker.